VOGELFOTOGRAFIE IN EXTREMADURA
De regio en Trujillo (deel 1 van 4)
Extremadura: het weblog
Er is veel te vertellen over Extremadura. Op de reizen van de afgelopen jaren heb ik de streek goed leren kennen. Om een zo volledig mogelijk beeld te schetsen heb ik het weblog in 4 delen verdeeld:
1. Weblog 1 van 4: Extremadura de regio en Trujillo als uitvalsbasis (dit weblog)
2. Weblog 2 van 4: mooie soorten: blauwe ekster, steenuil, bijeneter, zwarte en rode wouw
3. Weblog 3 van 4: gieren van Extremadura
4. Weblog 4 van 4: zwerven door Extremadura
Extremadura: de regio
Extremadura is een van de bekendste gebieden voor vogelfotografie in Europa. Extremadura ligt in het zuidwesten van Spanje en grenst aan Portugal. Extremadura is een autonome regio binnen Spanje met een oppervlakte die vergelijkbaar is met Zwitserland (ongeveer 41.500 km2). De hoofdstad van Extremadura is Mérida in het zuiden, gelegen aan de rivier Guadiana. Voor mijn reizen in Extremadura heb ik vaak gekozen voor het stadje Trujillo als uitvalsbasis. Het ligt mooi centraal in de Extremadura waardoor op een redelijk korte reisafstand veel verschillende biotopen te bezoeken zijn. Daarnaast heeft Trujillo voor de perfecte omvang. Het is er gezellig (en mooi) op het dorpsplein, er is de keuze uit verschillende restaurants en de hotels zijn zo te kiezen dat aan het einde van een vermoeiende dag 'in het veld' een bed kan worden bereikt op korte loopafstand. En in Trujillo is al direct te genieten van de vogelwereld. Maar daarover later meer.
Hoe kom je in Extremadura? Ik heb steeds gereisd met de KLM van Amsterdam naar Madrid (vluchtduur ongeveer 2 uur). Mijn belangrijkste reden om met deze maatschappij te vliegen is dat ik nog nooit problemen heb gehad met de camera met 500mm-objectief die ik als 'accessoire' bij mij houdt, naast een kleine rugzak, tijdens de vlucht. Op de Madrileense luchthaven Barajas kan meteen een auto gehuurd worden bij een van de car rental firma's in de aankomsthal. Als het even mee zit ben je binnen 20 minuten na aankomst onderweg op de ring van Madrid (M-40 of M50) op weg naar het zuidwesten via de E-90. Ongeveer 250 kilometer verder op een uitstekende en rustige snelweg doemt Trujillo op zijn heuvel op.
Foto's 1 en 2. Extremadura (rood) ligt in het zuidwesten van Spanje. De regio bestaat uit twee delen: Cáceres in het noorden en Badajoz in het zuiden. Trujillo is mijn favoriete uitvalsbasis. Bronnen: wikipedia.org en extremaduraguide.com.
Op weg naar Extremadura is aan de noordkant van de snelweg de bergrug van de Sierra de Gredos te zien. De Sierra de Gredos is een prachtig berggebied dat vanuit Extremadura met een stevige dagrit goed te bereiken is, terwijl er ook nog voldoende tijd voor fotografie overblijft. Des te dichter je bij Extremadura komt, des te meer vogelactiviteit is waar te nemen. De eerste gieren zijn te zien. Voornamelijk vale gieren, maar een geoefend oog zal een eerste monniks- of aasgier niet missen. Op vrijwel elke muur, schoorsteen, paal of andere hoge plaats nestelen ooievaars. Zwarte en (minder vaak) rode wouwen, roodkopklauwieren, hoppen, kuifleeuweriken, grauwe gorzen en vele andere soorten zijn vanuit de auto eigenlijk al te zien gedurende de rit. Dat beloofd wat.
Trujillo: de uitvalsbasis
Hoewel gezellig, hoeft Trujillo en meer in het algemeen Extremadura niet bezocht te worden voor het hoge culinaire niveau van de restaurants. De gerechten op de kaarten zijn vaak weinig verfijnd, boers maar wel voedzaam, en dat laatste is misschien wel het belangrijkste na een hele dag fotograferen. Ondanks dat is het Plaza Mayor (grote plein) een gezellig plein en Trujillo een prima plek om wat te gaan eten aan het einde van de dag.
Een andere mogelijke uitvalsbasis is ingericht in Jaraicejo, door Elly en Gertjan de Zoete. In Jaraicejo hebben zij een aantal schitterende vrijstaande bungalows (Finca Las Abubillas) gebouwd midden tussen de steeneiken. Via Elly en Gertjan zijn mooie vogelhutten (voor fotografie van gieren, wouwen, raven of bijeneters) te huren. Ook kan Gertjan een uitstekend verzorgde gidsdag door de regio voor je verzorgen. Geef aan wat je doel van de dag zou zijn en je wordt op je wenken bediend. De achtergrond van Gertjan als beroepsnatuurfotograaf zorgt ervoor dat hij de gast, waar gewenst, ook met raad en daad terzijde kan staan bij het fotograferen.
Foto's 3 en 4. Trujillo ligt op een heuvel in het midden van open steppe landschap. Alle torenspitsen in Trujillo zijn bewoond door één of meerdere ooievaarfamilies.
Foto's 5 en 6. Op het Plaza Mayor van Trujillo (links) is het prima toeven met de voortdurend overvliegende ooievaars en de laag langskomende en roepende gierzwaluwen. Rechts: een mooie zonsopkomst bij Trujillo.
Biotopen en vogelfotografielocaties
Goed, een uitvalsbasis hebben we gevonden. Het is tijd voor een oriëntatie op de omgeving. Waar kunnen we wat fotograferen? Het is aan te raden om met die oriëntatie al te beginnen voor de reis begint. Het lezen van dit blog is daar mogelijk al een onderdeel van.
Een uitstekend boek om aan te schaffen (en mee te nemen) op de reis is de Crossbill Guide Extremadura (afbeelding rechts). Deze gids geeft, zoals we dat kennen van Crossbill Guides, veel informatie over het landschap, de geschiedenis en de diverse aspecten van de natuur in de regio. De gids is alleen in het Engels verkrijgbaar (ISBN 9789050113816; prijs ongeveer € 25,=).
De natuur in Extremadura laat zich grofweg onderverdelen in de volgende biotopen/locaties elk met hun eigen vogelsoorten:
- Bergachtige gebieden: bijv. Parc Nacional Monfraguë of, iets verder weg gelegen, de Sierra de Gredos;
- Steppes: bijvoorbeeld de steppes van Bélen of Cascéres;
- Dehesa's;
- Rietvelden met waterpartijen: Saucedilla en Almaraz;
- Ruigtes met wilde kruiden, struiken en bomen: verspreid over de hele Extremadura. In tegenstelling tot de natuur in Nederland is de natuur in Extremadura niet netjes 'aangeveegd'. Grote groepen bramen, lavendel, distels, enzovoort vormen op verwaarloosde plekken vaak heel interessante minibiotopen met kansen op mooie fotografie;
- Dorpen, dorpjes en steden.
Foto 7. De Crossbill Guide Extremadura is een boek dat voor en tijdens de reis van grote waarde kan zijn.
Trujillo: een hot spot
In Trujillo zijn verschillende locaties waar al prima resultaten kunnen worden geboekt met de camera. In het dorp zelf zijn de stierenarena en de torens van de stad de twee plekken die ik wil beschrijven in dit blog.
Onder de pannen van de stierenarena nestelen verschillende paren kleine torenvalken (Falco naumanni) en een enkel paartje torenvalk (Falco tinnunculus). Het einde van de dag, vanaf zo'n twee uur voor zonsondergang is het meest geschikte moment. De zon staat dan laag en belicht de onderzijde van de aanvliegende valken. De torenvalken zijn druk met het heen en weer vliegen naar de nabijgelegen ruigtevelden om prooien te vangen. In april voor zichtzelf en vanaf eind mei ook voor hun jongen die zich onder de pannen van de stierenarena bevinden. Zeker in juni is het fotograferen van aanvliegende een (kleine) torenvalk met prooi (scolopender, krekel, muis) goed te doen. Camera op statief en leunen tegen de auto om de nek- en schouderspieren te ontzien is wel van belang. Ook de zwarte spreeuwen (Sturnus unicolor; een andere soort dan 'onze' spreeuw (Sturnus vulgaris)) nestelen op de stierenarena. Hun vluchtsnelheid ligt veel hoger, dus zijn ze veel lastiger vast te leggen.
Een onbewolkte blauwe hemel als achtergrond en een volle avondzon als belichting zijn van groot belang. Een witte wolk leidt direct tot een ander en veel minder aansprekend beeld, een bewolkte hemel zorgt voor te lange sluitertijden en slecht belichte vogels. Laat dus geen zonnige, onbewolkte avond in Trujillo als kans aan je voorbij gaan.
Foto 8-11. De stierenarena van Trujillo met de kleine torenvalken die nestelen onder de pannen.
Foto's 11 & 12. De zwarte spreeuw is op weg naar zijn jongen met een frisgroene krekel (links). De torenvalk (rechts) broedt in kleinere getale ook op de stierenarena. Goed opletten of je de 'gewone' of kleine torenvalk voor de lens hebt. De donkere nagels van de 'gewone' torenvalk geven zijn identiteit weg. De kleine torenvalk heeft lichte nagels.
Foto 13. Een paartje kleine torenvalken. Let op de verschillen tussen man (zittend) en vrouw (aanvliegend) en de lichte nagels van de kleine torenvalk.
Naast de stierenarena zijn de kerktorens en daken van Trujillo de moeite waard, hier nestelen de ooievaars. Omdat Trujillo verschillende verdiepingen heeft is het vrij eenvoudig om op ooghoogte van de nesten van de ooievaars te komen, zonder te verstoren. Vanaf de Plaza Mayor loop je naar boven, naar het Castillo de Trujillo. Vanaf diverse uitkijkpunten kunnen de ooievaars die van en naar hun nesten vliegen worden gefotografeerd. Ook hier is de avond het beste moment, want dan staat de zon in de rug en wordt het licht mooi zacht. Door het mooie uitzicht zie je de ooievaars al van verre aankomen en zijn vluchtfoto's goed te maken.
Foto 14. Welkom thuis.
Foto's 15-17. Op het nest wordt druk geoefend op het uitvliegen en ook de snavels worden getest (links). De juveniele ooievaar linksboven verlaat voor het eerst van zijn leven het nest: 'a maiden flight'. Een van de ouders neemt het er even van als de andere ouder weg is om voedsel te halen voor de jongen (rechts).
Foto 18. Aan tafel: een krop vol krekels wordt geleegd in het nest.